Skip to main content

Iedere dag maar weer ben jij de hoofdrolspeler in je eigen theater. Hoe het toneel eruit komt te zien; dat bepaal jij helemaal zelf. Wie krijgt de hoofdrol, wie vervult een bijrol. Het is allemaal de functie van de regisseur. En dat ben jij.

In dit artikel een bijdrage over dit theater. Hoe het ontstaat en wat je er vooral mee kunt.

Alles is steeds nieuw en vol potentie

Geen dag is hetzelfde. De soep die je maakt smaakt steeds anders. Iedere dag is nieuw en gaan we nog wat dieper graven dan is elk moment nieuw. Dan is er een kuch, dan een lach, dan jeukt er iets, er vliegt een vogel voorbij. Zo zit je rustig te Googelen, even later gaat de telefoon of kakt er een vogel op je was die buiten hangt te drogen.

Elk moment is dus eigenlijk nieuw. En toch ervaar je dit niet. Dit komt veelal omdat je dan niet in het moment bent.  Je bent net als een toneelspeler helemaal verwikkelt in jouw rol wat je op dat moment speelt.

Dat verwikkelt zijn in rollen uit zich vaak in je eigen geregisseerd blijspel, drama, klucht of thriller. Bekende rollen zijn vaak:

  • de gangmaker op het feest
  • de klager
  • arme ik
  • de slachtoffer
  • de aanklager
  • de redder
  • de komediant
  • de pleaser
  • de verleider
  • de allesweter
  • de onnozele (daar weet ik niets van hoor)
  • de commentator

Rollen die je speelt vervullen een functie. Klaarblijkelijk draagt het bij tot iets. Zo kunnen rollen zorgen voor energie, vreugde, blijdschap. Andere rollen daarentegen zorgen voor beduidend andere emoties. Zoals angst, verdriet, boosheid, frustratie, ergernissen, ruzie etc.

Mensen die ik een poosje mag begeleiden die worden zich bewust van hun rollen. Ze gaan ervaren waarom ze telkens maar weer die rollen spelen die in hun of in anderen zorgen voor niet bepaalde fijne gevoelens of omstandigheden.

Op een bepaald moment dan geven ze de rollen terug. Waarna ik het advies kan geven: ‘kom niet op het toneel’. Echter wees en blijf toeschouwer. Want dan raak je niet verwikkelt in te moeilijke rollen die zorgen voor niet bepaald fijne emoties of gevoelens.

Maar gelukkig is er ook een andere kant. Zo had onze buurman voor zijn nog jonge kinderen, heel creatief van pallets,  een buitenkeuken gemaakt. De kinderen waren daarmee prachtig aan het spelen. Belangstellend bewoog ik mij naar hun toe en vroeg of ik wellicht eten bij ze kon bestellen. Kijk en dan kom ik in een eigen geregisseerd blijspel. En dat is helemaal OK. Want dan is er geen lijden. Er is vreugde en verwondering alom.

Zo kunnen bepaalde rollen, zoals in een blijspel, prachtig zijn. Waardoor je intens kunt genieten. Samen met je (klein) kind of partner zelf weer even kind zijn. Gezamenlijk even spelen, wat veel positieve energie oplevert.

Echter zijn we de verwondering verleerd. En dat gebeurt al op jonge leeftijd. ‘Doe toch niet zo kinderachtig’. Jee, hoe oud ben je eigenlijk? ‘Je lijkt nog wel een kind’. Vast en zeker heb jij dat weleens gehoord. Maar wat is daar eigenlijk mis mee? Helemaal en helemaal niets! Het is de ander die daar moeite mee heeft nietwaar? Dus ga af en toe lekker spelen. Kom in de rol van clown, fee, tovenaar, dwerg of reus. Het is allemaal OK.

Kies je voor een blijspel of een andere variant?

Andere spelen zoals een klucht, drama of een thriller herbergen andere personages.  Het wordt allemaal wat serieuzer, wat zwaarder. En de kans dat je dan niet meer geniet van het spel is vele keren groter dan zoals eerder omschreven. Dan ervaar je het slachtoffer gevoel of wordt je de beklaagde. De emoties en gevoelens die dan door je heen stromen zijn dan niet bepaald fijn. En speel je dit regelmatig dan leidt dit op termijn tot klachten.

En dat spel richt je zelf in. Steeds weer nodig je de ander uit tot het spelen van jouw favoriete spel. En dat doe je geheel onbewust. Kijk maar eens goed naar je eigen rollen. Wat is jouw favoriete rol en waartoe leidt dit?

‘Immer was ze goed gekleed. Het haar tip top in model. En voor een ieder toonde ze belangstelling. De wijze waarop ze zich bewoog deed menig man omkijken’. Haar favoriete rol was die van verleidster. Wanneer je hunkert naar aandacht dan kan zich deze rol je prima passen. Echter zijn er veel meer varianten op.

‘Op een feestje was hij altijd wel degene die wel wat had te zeuren. Nooit was het goed. Er mankeerde altijd wel iets aan iets’. Het zal je niet verbazen dat daardoor mensen zich niet graag meer gingen verbinden met hem. Vrienden had hij weinig en daardoor leefde hij in een voor hem veilige wereld. Want mensen die zijn gewoonweg niet te vertrouwen. Die moet je gewoon op afstand houden’.

Rollen die je graag speelt ontstaan vanuit je ontwikkeling. Vanuit de psychologie noemen we dit ook wel conditioneringen of programmeringen. Eric Berne, de grondlegger van de T.A. (transactionele analyse) heeft dit prachtig verwoordt.

Het theater van het ZELF duurt net zo lang totdat je stopt met leven. Dan worden het verhalen. Van degenen die ooit in jouw theater een rol hebben gespeeld. Echter zijn het ook vaak verhalen wanneer je samen bent met anderen. En herinneringen oproept. Weet je nog? Toen en toen?

Het theater van het ZELF kan leiden tot tal van prachtige momenten. Iedere keer weer creëer je iets vanuit een intentie en potentie: ook wel de wet van creatie genoemd.

Echter kan het ook leiden tot lijden.

Jij en niemand anders bent de regisseur in je eigen theater. Hoe je dit inricht en het eruit komt te zien? Dat bepaal jij en niemand anders.

Dus heb je een keuze. Altijd is er trouwens die keuze. Nodig ik haar of hem uit of niet. Echter worden die keuzes vaak onbewust genomen vanuit ervaringen door het verleden.

Van rol naar toeschouwer

Laat ik dit eens illustreren met een voorbeeld. Het is werkelijk een prachtige dag. Je hebt je partner uitgenodigd voor een high tea in een prachtige locatie. Werkelijk alles is OK. De bediening, locatie, dat wat op tafel staat. Jouw theater klopt. De verbinding met je partner. Alles klopt!

Op een bepaald moment komt er iemand naar jullie tafel toe gewandeld. Zij of hij maakt zich kenbaar als iemand. ‘Ken je me nog?’, ik ben ………’ En dan verandert er iets in je. Want die ander heeft jou ooit gekleineerd in de vijfde en zesde groep van het basisonderwijs.

En hoe het theater er dan uit komt te zien? Dat bepaal jij helemaal zelf. De eerste optie is dit.

Het theater verandert drastisch en dient te worden heringericht. Je ziet dat wat je eerder ervoer niet meer. Je zit niet meer ontspannen. De lach op je gezicht is verdwenen. Er ontstaat spanning. Alles wat eerder leuk was. Dat ervaar je niet meer. Je bent weer het slachtoffer.

En hoe ga je dan om met die regisseur functie in jouw ZELF? Word je dan het boos verdrietig of angstig kind? Of kun je helemaal in je volwassen rol blijven en zeggen: ‘nou dat is lang geleden zeg’? ‘Schuif eens aan. Hoe gaat het met je?’

In de eerste optie wordt het blijspel een drama. Je wilt weg. Het zweet staat onder je armen. Je hart slaat overuren. Kortom de ongezonde stress is hoog en jij voelt je onveilig. In de tweede optie wordt het een blijspel. Jullie halen gezamenlijk herinneringen op en deelt je partner daarin. Kortom er is niets aan de hand. Er wordt gelachen en wellicht leidt het tot een vervolgafspraak.

Het theater van het ZELF kan dus zomaar ineens een andere invulling krijgen. Echter wanneer je in de gewaarzijn functie verblijft. Toeschouwer blijft van je eigen toneelspel dan is er vaak helemaal niets aan de hand. Dan ben je toeschouwer.  Zeker zijn er bepaalde gevoelens of emoties. Echter krijgen ze niet meer de overhand.

Wil je nu meer weten hierover? Bel of mail mij gerust.

Meindert Telkamp

Call Now Button